Palliatieve zorg en pijnbestrijding
Palliatieve zorg is de zorg voor mensen die niet meer kunnen genezen van hun ziekte. Ook over pijnbestrijding leest u meer op deze pagina.
Als genezing niet meer mogelijk is
Uw behandelend specialist heeft met u en uw naaste(n) besproken dat er voor u geen kans op genezing meer is. Deze laatste levensfase kan dagen, weken, maanden of zelfs jaren duren. Als genezing niet meer mogelijk is, betekent dit niet dat we niets meer voor u kunnen doen. De zorg of behandeling richt zich op een zo hoog mogelijke kwaliteit van leven tijdens ziekte en sterven. We noemen dit palliatieve zorg. Onderzoeken en behandelingen zijn gericht op het voorkomen en verminderen van klachten en het verbeteren van de kwaliteit van leven. Samen met uw specialist, verpleegkundige en eventueel andere hulpverleners bespreekt u wat voor u in deze fase belangrijk is. Ondersteunende behandeling en begeleiding kunnen helpen. Het MCL heeft een team dat ondersteuning en zorg kan bieden in de palliatieve fase. Het team kan door patiënten, familie, artsen en verpleegkundigen worden ingeschakeld.
Pijnbestrijding
Pijn heeft een belangrijke signaalfunctie voor ons lichaam. Het waarschuwt ons voor gevaar in de omgeving, bijvoorbeeld doordat we met de hand te dicht bij een hete kachel komen. Het voelen van pijn zorgt er dan voor dat we onze hand weg trekken en er geen verdere schade optreedt.
Pijn kan echter ook een signaal zijn dat er in ons lichaam iets mis is. Bij kanker kan de pijn worden veroorzaakt doordat de tumor doorgroeit in andere weefsels in het lichaam, doordat er uitzaaiingen (metastasen) zijn of omdat de tumor op een zenuw drukt. Pijn kan ook het gevolg zijn van de behandeling tegen de kanker of door bijkomende ziekten. Iedereen ervaart pijn op zijn eigen manier. De vraag ‘wat is pijn’ is dan ook moeilijk voor een ander te beantwoorden. U weet zelf het beste wat u voelt. U ervaart de gevolgen van de pijn in uw dagelijks leven.
Pijn bij kanker heeft naast de lichamelijke symptomen ook psychische en sociale kanten. Gevoelens van stress, onzekerheid, somberheid, verdriet en angst kunnen de beleving van pijn verergeren. Het kan van invloed zijn op uw dagelijkse leven, zoals uw contacten met uw gezin, familie en vrienden, uw werk of hobby’s. Dit is niet altijd gemakkelijk en vraagt van iedereen de nodige aanpassingen. Het is belangrijk dat u met uw arts en/ of verpleegkundige spreekt over uw pijn en welke gevolgen dit voor uw dagelijkse leven heeft. Samen kunt u dan bespreken wat voor u de beste manier is om iets aan de pijn te doen.
Pijnscore
Bij het bespreken van de behandeling van pijn kan een pijnscore een handig hulpmiddel zijn. De arts of de verpleegkundige vraagt u dan een pijncijfer te geven. Daarbij wordt gebruikt gemaakt van een pijnmeetlat van 0 tot 10.
Geen pijn 0 – 1 – 2 – 3 – 4 – 5 – 6 - 7 – 8 – 9 - 10 Ergst voorstelbare pijn
Als u het hebben van geen pijn op 0 stelt en de ergste pijn die u zich kunt voorstellen op 10 dan kunt u met een cijfer aangeven hoe u de pijn op dat moment ervaart. Soms is het moeilijk om een cijfer te geven. Om het iets gemakkelijker te maken kunt u er van uitgaan dat de cijfers 0-4 weinig pijn aangeven, de cijfers 4-7 matige pijn en de cijfers 7-10 erge pijn. Een pijnscore kan ook worden gebruikt om het effect van de behandeling tegen de pijn te beoordelen.
Behandelingen bij pijn
Bij het behandelen van pijn zal eerst gekeken worden naar de oorzaak van de pijn en of deze weggenomen kan worden. Deze behandeling kan bestaan uit een operatie, bestraling, chemotherapie of hormonale therapie. Ook een combinatie van deze behandelingen is mogelijk.
Soms is het niet mogelijk de oorzaak weg te nemen maar kan de pijn wel worden verminderd of dragelijker worden gemaakt. Dit kan bijvoorbeeld door het geven van medicijnen. Die medicijnen kunnen als tablet, drankje, lolly, zetpil, pleister of infuus worden gebruikt. In een aantal gevallen kan uw specialist een anesthesioloog die gespecialiseerd is in pijnbehandelingen inschakelen, bijvoorbeeld als de pijn bestreden kan worden door middel van een zenuwblokkade. In alle gevallen zal uw specialist met u de voor en nadelen van de pijnbehandeling bespreken. U kunt in uw behandeling een belangrijke bijdrage leveren door aan te geven wat u merkt van het effect of de bijwerkingen van de behandeling en de aanwijzingen van de arts of verpleegkundige op te volgen. De behandeling van pijn bij kanker is nog steeds in ontwikkeling. Het OCL werkt samen met de anesthesiologen van het pijncentrum en kan daarnaast ook gebruik maken van andere disciplines zoals een neuroloog, een bestralingsarts (radiotherapeut), gespecialiseerde verpleegkundigen, een fysiotherapeut, maatschappelijk werk en geestelijke verzorging.
Opioïden
Opioïden zijn middelen die zijn afgeleid van morfine. Sommige middelen lijken op morfine en andere niet, terwijl ze wel dezelfde werking hebben. Er bestaan nogal wat misverstanden over het gebruik van opioïden. Bijvoorbeeld dat je deze middelen pas gebruikt in het laatste stadium van de ziekte, vlak voor het overlijden. Dit is echter niet waar. In alle fases van de ziekte en behandeling kan gebruik worden gemaakt van opioïden voor het bestrijden van de pijn. Ze versnellen het ziekteproces niet.
Als de pijn afneemt, bijvoorbeeld als een bestralingsbehandeling de klachten vermindert, kan ook de dosis van de opioïden worden verminderd of eventueel gestopt. Dit gebeurt altijd in overleg met uw arts. Uw arts zal de werking en bijwerkingen van het gebruik van opioïden met u bespreken. Het is belangrijk dat u de aanwijzingen van uw arts nauwkeurig volgt.