Geriatrisch onderzoek
Als u de eerste keer bij een klinisch geriater komt, dan vindt er een zogenaamd uitgebreid geriatrisch onderzoek plaats. Dit onderzoek duurt ongeveer 2 uur en bestaat uit meerdere onderdelen. Eerst vindt een gesprek met de arts plaats. U kunt als patiënt allereerst uw klachten en verwachtingen vertellen. Daarnaast kan de mantelzorger ook zijn verhaal vertellen. Tijdens het gesprek is er standaard aandacht voor een aantal specifiek geriatrische klachten, zoals mobiliteitsproblemen, geheugenstoornissen en verminderde zelfredzaamheid. Ook wordt bekeken welke medicatie u gebruikt.
De verpleegkundige bespreekt ook een aantal zaken zoals uw levensloop, voedingspatroon, leefstijl en uw huidige woonsituatie (zoals de huidige hulpverlening). Na het gesprek ondergaat u een aantal onderzoeken. Naast het lichamelijk onderzoek is dat een hartfilmpje, bloedonderzoek en een geheugentest.
Uitslaggesprek
Hierna krijgt u een uitslaggesprek. Alle bevindingen en conclusies worden op een rijtje gezet. Samen met u en uw mantelzorger wordt besproken of er nog extra onderzoeken noodzakelijk of gewenst zijn. Te denken valt aan röntgenonderzoek of onderzoek door een psycholoog, fysiotherapeut, logopedist of ergotherapeut. U krijgt een verslag met daarin de uitslagen van de onderzoeken, wat dit voor u betekent en of er verder onderzoek nodig is. Ook krijgt u antwoord op uw eigen vragen. Uw huisarts krijgt een brief zodat hij/zij op de hoogte is van alle bevindingen.