Ovulatie Inductie
Hormoonbehandeling bij een cyclusstoornis
Stellen met een onvervulde kinderwens en een cyclusstoornis, is een hormoonbehandeling vaak de meest aangewezen behandeling. Als een cyclus korter is dan 24 dagen en langer dan 35 dagen is er sprake van een cyclusstoornis. In veel gevallen wordt een cyclusstoornis veroorzaakt door stoornissen in de hormoonhuishouding. Hierdoor kan de ovulatie onregelmatig plaatsvinden of uitblijven. Bij kinderwens kan een hormoonbehandeling dan zinvol zijn.
Hormoonbehandeling noemen we ovulatie inductie .Deze behandeling is erop gericht de eicelrijping te stimuleren waardoor een ovulatie zal optreden en de cyclus tussen de 4 en 5 weken wordt. Op deze manier kan de kans op een succesvolle bevruchting worden vergroot. De slagingskansen per behandelingscyclus kunnen, afhankelijk van de leeftijd van de vrouw en de mate van de onderliggende hormonale stoornis, sterk variëren en liggen gemiddeld tussen ongeveer 10 en 20 % per maand. Dit zijn in principe dezelfde kansen als bij een stel zonder hormonale stoornis. Het is dus voor de meeste paren zinvol om een jaar lang de ovulatie-inductie behandelingen te proberen
Cyclusdiagnostiek
Voor het begin van een hormoonbehandeling wordt uitgebreid onderzoek uitgevoerd. Bij een onregelmatige cyclus onderzoekt de arts of er sprake is van een stoornis in de hormoonhuishouding en welke hormoonwaarden eventueel te hoog of te laag zijn. Bovendien doet de arts echo-onderzoek van de baarmoeder en de eierstokken. Deze informatie is belangrijk om te bepalen of een hormoonbehandeling nodig is en welke hormoonpreparaten het meest geschikt zijn voor de behandeling.
Hoe verloopt een hormoonbehandeling?
Wanneer er sprake is van over- of ondergewicht dan is het in veel gevallen zinvol om daar, eventueel met behulp van onze lifestyleverpleegkundige, verandering in aan te brengen. Voor veel vrouwen treedt er herstel op in de regelmaat van de cyclus wanneer een gezond gewicht bereikt wordt.
Wanneer er een cyclusstoornis aanwezig is bij een gezond gewicht, dan kan het zinvol zijn om te starten met een behandeling. De medische term voor een behandeling van een cyclusstoornis is ovulatie-inductie (het op gang brengen van de eisprong). Er zijn verschillende medicijnen die gebruikt kunnen worden voor ovulatie-inductie. De behandeling van eerste keuze is afhankelijk van de oorzaak van de cyclusstoornis.
Ovulatie-inductie met tabletten
De tabletten behandeling bestaat uit het innemen van tabletten met het medicijn Letrozol. De behandeling start op de derde cyclusdag van de menstruatie. Letrozol verhoogt de aanmaak van het FSH hormoon. FSH stimuleert de eierstok om een follikel (eiblaasje) te laten uitrijpen. Het doel van deze medicijnen is dat de ovulatie (eisprong) eerder in de cyclus plaatsvindt en daarmee de menstruatie cyclus niet langer dan 35 dagen duurt. Soms werken de medicijnen niet direct en is het nodig om de dosering op te hogen. Wanneer door gebruik van deze medicijnen de regelmaat van de menstruaties verbetert, dan wordt deze behandeling gedurende 6-12 keer toegepast. Met echocontroles wordt gecontroleerd of en hoe de behandeling aanslaat. Als deze eenmaal goed is ingesteld, zijn echocontroles meestal niet meer nodig.
Ovulatie-inductie met injecties
Wanneer een hormoonbehandeling met tabletten niet het gewenste effect geeft, dan kan een behandeling met injecties met FSH hormoon gestart worden. FSH stimuleert de eierstok om een follikel (eiblaasje) te laten uitrijpen. Wanneer een follikel groot genoeg is, zal een ovulatie (eisprong) worden opgewekt, ook door middel van een hormoon, HCG. Bij deze behandeling spuit u zelf via onderhuidse injecties, gedurende een aantal dagen dagelijks het FSH hormoon en 1 keer het HCG hormoon. Het toedienen van deze medicijnen is eenvoudig te leren. De groei van de follikels wordt gevolgd met echoscopische controles. Tijdens de behandeling zullen er verschillende echocontroles plaatsvinden. Bij deze behandeling zult u steeds echocontroles nodig blijven houden.
Bij een bepaalde, zeer zeldzame hormonale stoornis, biedt een behandeling met een hormoonpompje de beste kansen op succes.
Eisprong en bevruchting
Bij een hormoonbehandeling bekijkt de arts ongeveer vanaf de twaalfde dag van de menstruatiecyclus door middel van echografisch onderzoek het verloop van de follikelontwikkeling. Bij sommige patiëntes vindt de eisprong vanzelf plaats zodra de grootste follikel ongeveer 18-25 mm is. In andere gevallen moet de eisprong worden opgewekt door toediening van een ander hormoon: humaan choriongonadotrofine (hCG). Dan adviseert de arts op welke dagen geslachtsgemeenschap de beste kansen op een bevruchting geeft. Maar als de zaadcellen in beweeglijkheid of aantal sterk beperkt zijn, kan een behandeling door middel van kunstmatige inseminatie zinvol zijn.
Bijwerkingen en risico's
Een ingreep in de hormoonhuishouding kan bijwerkingen en risico's met zich meebrengen, die de behandelend arts voor de behandeling individueel bespreekt. Bovendien controleert de arts tijdens de behandeling regelmatig de eicelrijping, om overdosering te voorkomen en de risico's zo veel mogelijk te beperken.
Mogelijke bijwerkingen van de behandeling zijn bijvoorbeeld:
- Opvliegers
- Nachtzweten
- Hoofdpijn
- Moeheid
- Stemmingswisseling
Overstimulatie: als door de behandeling te veel eiblaasjes zijn ontstaan, zal de arts met u bespreken dat u de kans op zwangerschap die cyclus juist moet voorkomen. Door te veel rijpe eicellen neemt het risico van een meerlingzwangerschap (tweelingen, drielingen, enz.) toe en dit brengt meer gevaar voor de gezondheid met zich mee. Voor de volgende behandelingscyclus kan de dosis van het hormoonpreparaat dan worden verlaagd.