Hartoorsluiting (LAA)

Het hartoor is een kleine uitstulping van de boezem van het hart en heeft geen echte functie. Bij boezem- of atriumfibrilleren geeft het hartoor echter een grotere kans op stolselvorming. Mensen met atriumfibrilleren gebruiken daarom vaak antistollingsmiddelen om stolselvorming te voorkomen. Wanneer de antistolling niet goed werkt of er is kans op bloeding, dan kan het hartoor worden afgesloten. Dit kan met twee technieken:

• Met een soort parapluutje. Dit parapluutje (Watchman device) wordt door middel van een katheter via de lies in het hart gebracht. Een antistollingsmiddel is dan niet meer nodig. De behandeling vindt plaats onder algehele anesthesie.
• Direct sluiten in kader van een openhartoperatie. Bijvoorbeeld als de patiënt al geopereerd dient te worden i.v.m. een andere hartaandoening.