Geheugenpolikliniek jong
Op de geheugenpolikliniek jong worden patiënten tot en met 70 jaar gezien. Deze patiënten kampen met geheugenproblemen of problemen met andere hersenfuncties. Deze problemen kunnen verschillende oorzaken hebben. Daarom is het belangrijk dat er zorgvuldig onderzoek plaatsvindt.
Medewerkers
De behandelend arts is de klinisch geriater. Deze werkt samen met het geheugenteam, dat bestaat uit: een klinisch geriater in opleiding, neuroloog, neuropsycholoog, psychiater, verpleegkundig specialist en verpleegkundig consulenten klinische geriatrie.
Het is belangrijk dat de patiënt naar de polikliniek komt samen met een persoon die vertrouwd is. Deze persoon kan eventueel helpen en ons aanvullende informatie geven.
Onderzoek
Voordat het onderzoek begint, wordt er bloed afgenomen en een hartfilmpje (ECG)gemaakt. Daarna is er een gesprek met een arts of verpleegkundig specialist en psycholoog. In dit gesprek worden de geheugenproblemen besproken.
Er is een kort gesprek met een neuroloog die ook een neurologisch onderzoek doet. De arts of verpleegkundig specialist verricht een lichamelijk onderzoek. In de ochtend vindt er een neuropsychologisch testonderzoek plaats, waarbij door een psychologisch medewerker in een twee uur durend onderzoek hersenfuncties als geheugen, aandacht, planning en taal worden onderzocht. Aan het begin van de middag is er een MRI- of CT-scan van het hoofd.
Het onderzoek duurt een hele ochtend en een deel van de middag. Binnen de geriatrie wordt regelmatig meegedaan aan wetenschappelijk onderzoek. Het kan gebeuren dat de patiënt de vraag krijgt om hieraan mee te doen.
Uitslag
Het geheugenteam komt wekelijks bij elkaar voor een patiëntenbespreking. Daarin zal de patiënt besproken worden.Een week later komt de patiënt, met vertrouwenspersoon, opnieuw op de polikliniek en is er een gesprek met de arts en/of verpleegkundig specialist om de uitslag te bespreken.