Delier
Een delier is een plotseling optredende verwardheid. Deze verwardheid is meestal tijdelijk en ontstaat door het ernstig ziek zijn, een operatie, door medicatiegebruik of onttrekking van medicatie.
Wanneer de lichamelijke toestand verbetert, neemt de verwardheid bijna altijd af. De verwarde periode kan enkele uren tot enkele dagen duren en soms zelfs enkele weken. Bij acute verwardheid is het van belang om de oorzaak zo snel mogelijk te ontdekken en te behandelen. Een delier kan voor de patiënt en naasten een nare, beangstigende ervaring zijn.
De volgende symptomen zijn kenmerkend voor een delirium:
- De patiënt zakt soms weg en kan de aandacht er niet bij houden.
- De patiënt kan onrustig zijn en proberen uit bed te stappen of zijn infuus er uit te trekken.
- Het geheugen functioneert minder goed en er treedt verwardheid op.
- De patiënt hallucineert en kan dingen zien die er niet zijn zoals personen of beesten/insecten. Ook herkent de patiënt soms zijn naasten of familie niet meer.
- De patiënt kan angstig worden en vanuit die angst heftig of agressief reageren. Die angst is voor de patiënt zeer reëel, terwijl de omgeving niet kan begrijpen waarvoor de patiënt zo angstig is.
- Al deze verschijnselen zijn niet voortdurend even duidelijk aanwezig. Vooral in de avond en nacht neemt de verwardheid toe.
Een delier kan hyperactief zijn, gekenmerkt door motorische onrust, prikkelbaarheid en emotionele labiliteit, of het kan juist hypoactief zijn; gekenmerkt door apathisch, teruggetrokken gedrag en een verminderd reactievermogen; of een gemengde vorm daarvan.
Wat kan de familie doen?
Als je denkt dat je naaste een delier zou kunnen hebben aan de hand van gedrag dat niet normaal voor diegene is, is het belangrijk om dit aan te geven bij de verpleging.
Vertel je naaste dat hij of zij ziek is en in het ziekenhuis ligt. Spreek rustig en in korte, duidelijke zinnen. Stel eenvoudige en korte vragen.
Bezoek is belangrijk. Door aanwezigheid van bekenden kan je naaste zich veiliger en rustiger voelen. Te veel bezoek kan weer verwarrend en beangstigend zijn. Kom daarom met maximaal twee bezoekers tegelijk. Ga dan zoveel mogelijk aan één kant van het bed zitten. Zo kan je naaste zich op één punt focussen.
Let erop dat je naaste zijn/haar bril of gehoorapparaat gebruikt als hij/zij die heeft. Help met oriënteren: zeg wie je bent, waarom je komt, leg uit waar hij/zij is en de reden waarom, vertel de dag, de datum en de tijd. Ga niet mee in hallucinaties. Probeer niet tegen te spreken, maar maak wel duidelijk dat jouw waarneming anders is. Heeft dat geen effect, beëindig dan je pogingen.
Praat met je naaste over bestaande personen en echte gebeurtenissen. Praat over het hier en nu. Neem vertrouwde foto’s mee van thuis. Denk aan foto’s waarop familieleden staan. De foto’s geven een gevoel van veiligheid. Bekende muziek kan helpen om tot rust komen.